top of page

PAK MEI PAI

​

Pak Mei, met diverse variërende transliteraties zoals Pack Mee, Bak Mei of Bai Mei, is een kungfu-stijl genoemd naar de monnik Pak Mei. Pak Mei betekent "witte wenkbrauw"; de monnik had namelijk dikke witte wenkbrauwen. De Pak Mei-stijl is bekend geworden door Cheung Lai Chun (ook wel Tsjong Li Tsang of Zhang Liquan). Deze meester leerde de stijl van de monnik Chuk Fat Wan. Chuk Fat Wan op zijn beurt had de stijl geleerd van Kong Wei en Kong Wei was een leerling van de monnik Pak Mei.

Meer over de historie in het Engels? Lees dit document. 

Cheung Lai Chun

​

Cheung Lai Chun is geboren in 1880 in het Wai Chow-district in het zuiden van China. Dit ligt in een regio die Tung Gong (oostelijk riviergebied) wordt genoemd. Tung Gong wordt voornamelijk bevolkt door een Chinese bevolkingsgroep genaamd de Hakka-Chinezen. Cheung lai Chun heeft diverse andere stijlen beoefend, waaronder Lo Man Pai, Li-familiestijl en Drakenstijl. Cheung Lai Chun was de eerste niet-monnik die de stijl leerde. Tijdens zijn leven trainde hij veel leerlingen waarvan een aantal zelf sifu (leraar, meester) werden. Een van zijn leerlingen was Lee Sai Keung.

Lee Sai Keung


Lee Sai Keung, geboren in 1900 in het zuiden van China, leerde eerst de Lee-familiestijl. Lee Sai Keung begon zijn training bij Cheung Lai Chun na zijn dertigste. Vele jaren trainde hij in de Pak Mei-stijl en werd een van de bekendste meesters.
 
Op verzoek van de Hakkagemeenschap in Suriname vertrok Lee Sai Keung in 1968 naar Suriname om daar les te geven. Het was daar, in Suriname, dat Jie Kon Sieuw en Kong Mien Ho leerlingen werden van Lee Sai Keung.
Later zijn Kong Mien Ho en Jie Kon Sieuw naar Nederland gekomen. Kong Mien Ho heeft tot nu toe in Amsterdam les gegeven en Jie Kon Sieuw heeft in België en het zuiden van Nederland les geven. Jie Kon Sieuw is helaas niet meer onder ons.

  

Pak Mei Kung Fu 

 

Pak Mei kung fu is een zuidelijke kungfustijl. De stijl bestaat uit krachtige, felle bewegingen. De stijl maakt gebruik van hand- en beentechnieken. Handtechnieken bestaan onder andere uit: kappen met de zijkant van de hand, stoten met de uitgestoken knokkel van de wijsvinger (phoenix fist), steken met de vingers, pakken met de tijgerklauw. Daarnaast worden er ook met diverse Chinese wapens getraind:

 

  • Stok

  • Tonfa/Sai

  • Speer

  • Tijgervork

  • Hellebaard

  • Vlindermessen

  • Breedzwaard

 

Kenmerken van de stijl zijn:

​

  • De phoenix vuist (vuist met de uitgestoken knokkel van de wijsvinger).

  • De ingetrokken buik waardoor het lijkt alsof de rug gebogen is.

  • De groet.

  • Armen worden continu voor het lichaam gehouden. 

  • Afwisseling van ontspanning en explosieve kracht.

 

Enkele vormen van het Pak Mei zijn:

 

  • Lai Chi Poe ( rechte loop)

  • Sip Soei Kuen ( kruisloop)

  • Sam Moon Kuen ( drie dimensies)

  • Kiu Bo Toei ( negen stappen duwen)

  • Mang Fu Tsju Lin(woedende tijger uit het woud)

 

Aanverwante stijlen:

 

Chow Gar (zuidelijke bidsprinkhaan);

Leung Pai ( drakenstijl);

Fukien Pak Hok (Fukien witte kraanvogel);

​

Cheung Lai Chun
Lee Sai Keung
bottom of page